Openbaring 1: 3. "Zalig wie het voorleest, en zij die de woorden van de profetie aanhoren en hetgeen daarin opgeschreven staat ter harte nemen; want de tijd is nabij"
Het doel van deze studie is niet om een speciale grondstelling te leren, maar om de Bijbel passages te overdenken over de 'rapture' en de Dag des Heren met het doel onszelf te prepareren - prepareren van ons hart en onze gedachten - voor de ontmoeting met de Heer Jesus wanneer Hij terug komt!
KLAAR OF NIET....
Kijken wij naar de lucht, verlangend naar de terugkomst van Jesus met kracht? Is de bede van onze harten: 'Kom, Heer Jesus!' of is het 'Laat ons een beetje meer worstelen', of 'Laat mij een beetje langer van mijn aardse leven genieten, dan zal ik vergevenis vragen'. Zal de gebeurtenissen van het einde der dagen ons vullen met hoop en vreugde, of angst?
Deze studie is bedoeld als een daad van aanbidding! Blader er nier doorheen, of lees het stukje bij stukje. Wacht totdat je 20 tot 40 minuten kan besteden in mediteren over de Heer. Als het mogelijk is, lees de Bijbel hardop met iemand. We kunnen deze versen binnenkort nodig hebben, gegrift in onze ziel!.
Wij beginnen met de woorden van Christus in het gesprek op de Olijfberg. Merk dat Jesus concentreert zich op hoe wij reageren. De dingen die Hij "ons vooruit zegt" zijn gebruikt om een juist antwoord te krijgen van ons, de rede waarom het Woord was gezegd. Dingen als berouw hebben, heiligheid, en geloof, NIET speculatie, kwelling, en verdeeldheid over de specifieke punten van de profetie. In dezelfde geest, Joel, Paulus, en Pieter bemoedigen ons te prepareren voor het eind der dagen.
DE LEZING OP DE OLIJFBERG.
Zoals we het vinden in Matteus, Marcus en Lucas:
Matteus 24: 3-9. "Toen hij op den Olijfberg neerzat, kwamen zijn leerlingen, terwijl niemand anders er bij was, tot hem en zeiden: Zeg ons, wanneer zal dit alles geschieden, en waaraan zullen wij weten dat gij komt en de wereld ten einde gaat? Jezus gaf hun ten antwoord: Ziet toe dat gij u niet laat verleiden.Want velen zullen komen onder mijn naam, zeggende: Ik ben de Christus, en zij zullen velen verleiden. Gij zult horen van oorlogen en oorlogsgeruchten; ziet toe, wordt niet ontroerd; want dat moet geschieden, maar is het einde nog niet. Want volk zal tegen volk opstaan; rijk tegen rijk; hier en daar zullen hongersnoden zijn en aardbevingen; dat alles is het begin der weeën. Dan zal men u overleveren aan mishandeling en u doden; gij zult door alle volken gehaat worden, omdat gij mijn naam draagt.".
Matteus 24: 10-14. "En dan zullen velen ten val komen, elkander overleveren en haten. Ook zullen vele valse profeten opstaan en menig een verleiden. En doordat de ongerechtigheid toeneemt zal de liefde der meesten verkoelen; maar wie volhardt tot het eind, die zal gered worden. Eerst zal deze Evangelie, het Evangelie van het Koninkrijk, in geheel de wereld verkondigd worden, tot een getuigenis voor alle volken, en dan zal het einde komen.
Marcus 13: 11. "Wanneer zij u dan wegvoeren om u over te leveren, maakt u dan niet bezorgd over wat gij zeggen zult, maar spreekt uit wat u in dat uur ingegeven zal worden. Want gij zijt het niet die spreekt, maar de Heilige Geest."
Lucas 21: 12-16. "Maar voordat dit alles gebeurt zal men de hand aan u slaan en u vervolgen, u overleverend in synagogen en gevangenissen, u voerend voor koningen en stadhouders, omdat gij mijn naam draagt. Het loopt voor u uit op getuigenis afleggen. Neemt u dan voor niet vooraf te zorgen, hoe gij u verdedigen zult; want ik zal u mond en wijsheid geven, zodat geen uwer vijanden daartegen bestand is en u kan weerspreken. Wel zult gij overgeleverd worden door ouders, broeders, verwanten en vrienden....."
Lucas 21: 20. "Zodra gij nu Jerusalem door legerkampen omsingeld ziet, weet dan, dat zijn verwoesting nabij is."( Nieuwe Vertaling NBG, 1990)
Mateus 24: 21-25. "want dan zal er een zo grote nood zijn als er nooit geweest is van den aanvang der wereld tot nu toe en er ook nooit meer zijn zal. Indien die dagen niet verkort werden, zou niets dat leeft behouden blijven; maar ter wille van de uitverkorenen zullen die dagen verkort worden. Wanneer dan iemand tot u zegt: Zie, hier is de Christus! of: Daar is hij! gelooft het niet; want valse Christussen en valse profeten zullen opstaan en zo grote wonderen en tekenen doen dat zij, zo mogelijk, zelfs de uitverkorenen zouden verleiden. Zie, ik heb het u voorzegd,"
Marcus 13: 23. "Doch gij, ziet toe: Ik heb het U alles voorgezegd"(Nieuwe vertaling NBG, 1990)
Matteus 24: 26,27. "Zegt men dan tot u: Zie, hij is in de woestijn! gaat er niet heen; Zie, hij is in de binnenkamers! gelooft het niet. Want zoals de bliksem uitschiet van het Oosten en licht tot het Westen, zo zal de komst van den Mensenzoon zijn.
Jesaja 34: 4. "De hemel wordt als een boek opgerold, zijn ganse heir valt af, als van den wingerd het loof, als van den vijgeboom de verwelkende bladeren.
Matteus 24: 29-31. "En terstond na de verdrukking van dien tijd zal de zon verduisterd worden, en de maan haar schijnsel niet geven, en de sterren zullen van den hemel vallen, en de krachten der hemelen zullen hevig bewogen worden. En alsdan zal aan den hemel verschijnen het teken van des Mensen Zoon; en dan zullen al de geslachten der aarde weeklagen, en zullen des Mensen Zoon zien komen op de wolken des hemels met grote kracht en heerlijkheid. En hij zal zijne Engelen uitzenden met schelklinkende bazuinen, en zij zullen zijne uitverkorenen vergaderen uit de vier winden, van het ene einde des hemels tot het andere."
Lucas 21: 25-28. "Er zullen wondertekenen in zon, maan en sterren plaatshebben, en op aarde dringen de heidenen zich opeen van radeloosheid door het gebruis van zee en golven, terwijl den mensen het hart ontzinkt van vrees, in verwachting van wat der wereld overkomen zal; want de krachten des hemels zullen wankelen. Dan zal men den Mensenzoon zien komen op een wolk met grote kracht en heerlijkheid.Wanneer deze dingen beginnen te geschieden, ziet dan opwaarts en heft het hoofd omhoog; want uw verlossing nadert."
Matteus 24: 32-35. "Leert van den vijgeboom deze gelijkenis: Wanneer zijn takken zacht worden en zijn bladeren uitspruiten, dan weet gij dat de zomer nabij is; zo ook, wanneer gij dat alles ziet, weet dan dat hij nabij is, voor de deur staat Voorwaar, ik zeg u, dit geslacht gaat niet voorbij voordat dit alles is geschied. Hemel en aarde zullen voorbijgaan, mijn woorden niet."
Matteus 24: 36-42. "Maar van dien dag en dat uur weet niemand iets; zelfs de engelen der hemelen of de Zoon niet; de Vader alleen weet het. Want evenals het ging in de dagen van Noach, zo zal de Mensenzoon verschijnen. Gelijk men in de dagen voor den Zondvloed at en dronk, huwde en ten huwelijk gaf, tot op den dag waarop Noach in de ark ging, en zij er niets van begrepen voordat de Zondvloed kwam en allen wegrukte, zo zal het bij de komst van den Mensenzoon gaan. Dan zullen twee op den akker zijn; de een wordt meegenomen, de ander achtergelaten; twee vrouwen malen aan den handmolen; de ene wordt meegenomen, de andere achtergelaten. Waakt dan; want gij weet niet, op welken dag uw Heer komt.
Matteus 24: 43,44. "Gij begrijpt toch, als de huisbewoner geweten had, in welke nachtwake de dief zou komen, dan zou hij wel wakker zijn gebleven en niet hebben toegelaten dat in zijn huis ingebroken werd. Daarom weest ook gij bereid; want op een uur waarvan gij het niet vermoedt komt de Mensenzoon."[Leidse Vertaling]
Matteus 24: 45-51."Wie is nu de getrouwe en verstandige slaaf, dien zijn heer heeft gesteld over zijn onderhorigen om hun te rechter tijd spijs te geven? Zalig de slaaf dien zijn heer, wanneer hij komt, daarmee bezig vindt; voorwaar, ik zeg u, hij zal hem het beheer over al zijn goederen geven. Maar als die slaaf slecht is en bij zichzelf zegt: Mijn heer blijft nog lang uit! en zijn medeslaven begint te slaan, terwijl hijzelf eet en drinkt met dronkaards, dan zal de heer van dien slaaf komen op een dag waarop hij het niet verwacht en op een uur waarvan hij niets weet, en zal het in stukken houwen en hem het lot der huichelaars doen delen; daar zal het geween en het tandengeknars zijn."
Lucas 21: 34-36." Geeft acht op uzelf; laat uw harten niet bezwaard worden in brasserij, dronkenschap en wereldse zorgen; opdat die dag u niet plotseling als een strik overvalle; want hij zal komen over allen die op de gehele aarde wonen. Waakt dus te allen tijd, biddend dat gij in staat moogt zijn te ontkomen aan dit alles dat ophanden is en te treden voor den Mensenzoon."
JOËL, EN DAN PAULUS OVER DE AARD VAN HET EINDE.
Joël 2: 28-32. "Nadezen zal ik mijn geest uitstorten over alle vlees: uw zonen en dochteren zullen profeteren, aan uw ouden zullen dromen tebeurtvallen, aan uw jongelingen gezichten; ook over de slaven en slavinnen zal ik in die dagen mijn geest uitstorten. En ik zal tekenen plaatsen aan den hemel en op de aarde, bloed, vuur en rookzuilen; de zon zal veranderen in duisternis, de maan in bloed, voordat de grote en verschrikkelijke dag des Heeren komt. En ieder die den naam des Heeren aanroept zal ontkomen; want op den berg Sion en te Jeruzalem zal een wijkplaats zijn, zoals de Heer gezegd heeft door de heilherauten die hij heeft geroepen.."
1 Thessalonicenzen 4: 16-18. "16 Want de Heer zelf zal op een bevelwoord, terwijl de stem van een aartsengel en een bazuin Gods uit den hemel weerklinken, neerdalen; dan zullen eerst zij die in Christus' gemeenschap gestorven zijn opstaan; daarna zullen wij die overgebleven zijn en het beleven tegelijk met hen op wolken weggevoerd worden, den Heer in de lucht tegemoet. Zo zullen wij altijd bij den Heer zijn. Vertroost elkander dus met deze woorden.
1 Thessalonicenzen 5: 1-6. "Wanneer en onder welke omstandigheden dit gebeuren zal, broeders, hierover is het niet nodig u te schrijven; want gij weet zeer goed dat de dag des Heeren komt als een dief in den nacht. Wanneer men zegt: Vrede en geen gevaar! dan overvalt hen het verderf onverwachts als de barensweeen een zwangere vrouw, en zij ontkomen het zeker niet. Maar gij, broeders, leeft niet in de duisternis, zodat die dag u kan verrassen als een dief. Want gij zijt allen zonen van het licht en zonen van den dag. Wij behoren niet aan den nacht of de duisternis toe. Laat ons dus niet slapen, zoals de overige mensen, maar waken en nuchter zijn.
EEN VERBETERD EPISTEL OM VERVALSTE BRIEF TE CORRIGEREN .
2 Thessalonicenzen 2: 1-4. "Wij hebben een bede aan u, broeders, in verband met de komst van onzen Heer Jezus Christus en ons aller vereniging met hem: verliest niet zo licht uw bezinning en laat u niet ontroeren, noch door een geestesopwelling; noch door een aan ons toegeschreven woord of brief, als stond de dag des Heeren voor de deur. Laat niemand u op enige wijze bedriegen; want die dag komt niet tenzij eerst nog de afval komt en de mens der goddeloosheid verschijnt, de zoon des verderfs, de tegenstander, die zich verheft tegen alwat God of heiligdom heet; zodat hijzelf in den tempel Gods gaat zitten, zich voor God uitgevend."
2 Tessalonicenzen 2: 5, 9-12,15. "Herinnert gij u niet dat ik, toen ik nog bij u was, u dit zeide? 9. Hem die komt met het geweld van den Satan, met allerlei krachtsbetoon, tekenen, valse wonderen en met allerlei goddeloosheid, waardoor zij die verloren gaan bedrogen worden; tot straf daarvoor dat zij de liefde voor de waarheid niet hebben aangenomen, waardoor zij gered zouden zijn. Daarom zond God over hen de macht der dwaling, waardoor zij aan de leugen geloofsloegen: opdat allen die de waarheid niet geloofden maar behagen schepten in de ongerechtigheid zouden veroordeeld worden. Dus, broeders, staat pal en houdt u aan de overleveringen die gij hetzij door een woord of een brief van ons hebt geleerd".
1 Korintiers 1: 7-9. "dat gij dientengevolge bij niemand achterstaat in enige genadegift, afwachtend de openbaring van onzen Heer Jezus Christus, die u tot het einde toe zal doen vaststaan, zodat gij onberispelijk zijt op den dag van onzen Heer Jezus Christus. God is getrouw Hij door wien gij geroepen zijt tot de gemeenschap met zijn Zoon Jezus Christus, onzen Heer."
Hebreeën 10: 25. "uw samenkomsten niet verzuimend--zooals sommigen plegen te doen--maar elkander vermanend, te meer naarmate gij ziet dat de grote dag nadert.".
DE GEMEENTE OPBOUWEN.
1 Petrus 4: 7-11. "Het einde van alle dingen is nabij. Weest dan bezonnen en nuchter, zodat gij kunt bidden. Draagt voor alles elkander hartelijke liefde toe; want de liefde bedekt een menigte zonden. Weest gastvrij jegens elkander zonder morren. Naarmate ieder uwer zijn eigen gave heeft gekregen, moet gij daarmede elkander dienen als goede beheerders der veelsoortige genade Gods: spreekt iemand, hij spreke als waren het woorden Gods; bedient iemand, hij doe het als door de kracht die God verleent; opdat God in alles verheerlijkt worde door Jezus Christus, die tot in alle eeuwigheid de eer en de macht bezit. Amen."
1 John 2: 28- 3:3 28 "Nu dan, kinderen, blijft in hem; opdat wij, wanneer hij verschijnt, vrijmoedigheid mogen hebben en niet bij zijn komst beschaamd voor hem terugtreden. Indien gij weet dat hij rechtschapen is, weet gij ook dat alwie de gerechtigheid betracht uit hem is geboren. Ziet hoe grote liefde ons de Vader bewezen heeft: dat wij kinderen Gods genoemd worden--en dat zijn wij ook. Daarom kent ons de wereld niet, omdat zij tot de kennis van Hem niet gekomen is. Geliefden, nu zijn wij kinderen Gods, en wat wij zijn zullen is nog niet geopenbaard; maar wij weten dat wanneer hij geopenbaard wordt, wij hem gelijk zullen zijn; want wij zullen hem zien gelijk hij is. En alwie deze hoop op hem heeft reinigt zich zoals hij rein is."
1 Korintiers 15: 50-52. "Dit bedoel ik, broeders, dat vlees en bloed het Koninkrijk Gods niet beerven kunnen, noch het vergankelijke de onvergankelijkheid. Zie, ik leer u een heilsgeheim: wij zullen niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden, in een ondeelbaar ogenblik, bij het laatste bezuingeschal; want als de bazuin gestoken wordt, staan de doden onverderfelijk op en worden wij veranderd."
Openbaringen 11: 15,18. "En de zevende engel blies de bazuin... de tijd ...(is gekomen)... om te verderven wie de aarde verderven."[Nieuwe Vertaling NBG - 1990]
Fillipenzen 1: 6, 8-10. "(en ik heb) vertrouwen dat Hij die in u een goed werk is begonnen het zal voltooien tot op den dag van Christus Jezus. 8 Want, God is mijn getuige, ik verlang zeer naar u allen met de hartelijkheid van Christus Jezus. En dit bid ik dat uw liefde meer en meer overvloedig worde door kennis en allerlei geestelijke ervaring; zodat gij het onderscheid kent tussen goed en kwaad om zelf zuiver en onergerlijk te zijn tegen den dag van Christus,"
2 Petrus 3: 1-7. "Dit is reeds de tweede brief dien ik u schrijf, geliefden. In beide wilde ik in u, door u er aan te herinneren, de zuivere gezindheid wakker houden opdat gij moogt gedenken de woorden die vroeger tot u gesproken zijn door de heilige profeten en het bevel van den Heer en redder door uw apostelen overgebracht; daar gij voor alles weet dat in de laatste dagen spotters zullen komen, mensen die zich gedragen naar hun eigen lusten, die hoonend zeggen: Waar blijft nu de belofte van zijn komst? Immers, sedert de vaderen ontslapen zijn blijft alles zoals het van het begin der schepping was. Want het ontgaat hun die zulke dingen willen beweren, dat de hemelen er van oudsher waren en de aarde uit water en door middel van water door Gods woord is gemaakt, en dat de toenmalige wereld, door die beide wateren overstelpt, te gronde is gegaan. Zo zijn de tegenwoordige hemel en aarde door hetzelfde woord voor het vuur opgespaard en bewaard voor den dag van het Gericht en den ondergang der goddeloze mensen.
2 Petrus 3: 8-10." Dit ene moge u, geliefden, niet ontgaan, dat voor den Heer een dag is als duizend jaar en duizend jaar als een dag. De Heer is niet traag met de vervulling zijner belofte, zoals sommigen het noemen, maar Hij is lankmoedig voor u, daar Hij niet wil dat sommigen verloren gaan, maar dat allen tot inkeer komen. Als een dief zal komen de dag des Heeren, waarop de hemelen met gedruis zullen verdwijnen, de elementen door brand ontbonden worden, de aarde en alwat op haar gemaakt is niet meer worden gevonden."
2 Petrus 3: 11-14. "Als alles zo opgelost wordt, hoe groot moet gij dan niet zijn in heiligen wandel en vroomheid, reikhalzend verwachtend het aanbreken van den dag Gods, terwille waarvan de hemelen met vuur zullen opgelost worden en de elementen in brand vliegen en versmelten. Maar wij verwachten volgens zijn belofte nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waarin gerechtigheid woont. Daarom, geliefden, omdat gij dit verwacht, moet gij uw best doen onbezoedeld en onbevlekt voor Hem in vrede gevonden te worden. "
Openbaringen 22: 12 -16, 20. "Zie, ik kom weldra; het loon dat ik geef heb ik bij mij, ten einde aan ieder te vergelden wat hij gedaan heeft. Ik ben de Alfa en de Omega, de eerste en de laatste, het begin en het einde. Zalig wie hun kleren wassen om te kunnen beschikken over de levensbomen en door de poorten de stad binnen te gaan. Daarbuiten zijn de honden, de tovenaars, de hoereerders, de moordenaars, de afgodendienaars en alwie leugen liefheeft en spreekt. Ik, Jezus, heb mijn engel gezonden om aan ulieden deze dingen ten behoeve der gemeenten te getuigen. Ik ben de wortel en de telg van David, de lichtende morgenster. 20 Hij die dit getuigt zegt: Waarlijk, ik kom spoedig. Amen. Kom, Heere Jezus!"
WAAROM KOMT GOD NU NIET?
C.S.Lewis: "God wil invallen. Maar ik vraag mij af, wanneer mensen God vragen om openlijk en onmiddelijk tussen beide te komen met de affairs van onze wereld , of zij realizeren hoe het zal zijn als Hij het werkelijk doet? Wanneer dat gebeurd, zal het het einde van de wereld zijn. Als de auteur op het toneel verschijnt dan is het toneelstuk over.
"God zal binnen vallen, maar wat goed wil het doen dan te zeggen dat je aan Zijn kant staat, wanneer je de hele wereld ziet wegsmelten als in een droom, en iets anders, iets wat nooit in je is opgekomen, neemt volledig over; iets dat zo mooi is voor sommigen en zo ontzettend voor anderen, en dat niemand enige kans heeft om een keus te maken? Want deze keer het is God zonder masker; iets zo overstelpend dat in elk mens of onweerstaanbare liefde teweeg brengt of onweerstaanbare afschuw . Het zal dan te laat zijn om een keus te maken. Het zal niet de tijd zijn om een keuze te maken: het zal een tijd zijn om uit te vinden welke kant wij werkelijk gekozen hebben, of wij het eerder hebben gerealizeerd of niet
"Nu, vandaag, op dit moment, is het onze kans om de goede kant te kiezen. God is nu nog terug houdend om ons die kans te geven. Het zal niet altijd duren. Wij moeten het nu nemen of het laten schieten!"